Bouw van een ultramodern gebouw waarin de centrale algemene diensten zijn ondergebracht van een gebied dat heel Henegouwen beslaat, een deel van Waals-Brabant én het zuiden van de provincie Namen. 350 mensen werken er op een oppervlakte van 8.000 m² samen om de doorstroming en de veiligheid van het spoornetwerk te verzekeren. Het imposante betonnen gebouw is 92,50 m lang en 20 m breed en rust op twee ondergrondse parkeerlagen voor 200 wagens. In de gevels van architectonisch beton steken 857 identieke ramen, waarvan sommige aan het zicht worden onttrokken door een metalen bekleding.

Naast een administratief gedeelte omvat het complex een seinhuis voor de hele zuidwestelijke zone van het netwerk: een verkeerstoren van 400 m² waarin medewerkers het spoorwegnet op tal van schermen in de gaten houden. De twee gebouwen grenzen aan elkaar, met gangen op de benedenverdiepingen die het ene met het andere gebouw verbinden, maar die 100% van elkaar geïsoleerd zijn door middel van een uitzettingsvoeg. De cabine is ontworpen als een kooi van Faraday, met bliksemafleiders in het dak en koperdraad in de betonnen wanden. Het moet de seingevingscabine beschermen tegen blikseminslag, om te vermijden dat het gehele spoorwegnet lam zou komen te liggen. Aangezien er geen metalen verbinding kan zijn tussen de twee delen van het gebouw, werd alles dubbel uitgevoerd, inclusief twee afzonderlijke HVAC-systemen.

Halverwege de bouw werd ‘het nieuwe werken’ ingevoerd, een filosofie gericht op het verbeteren van het welzijn op het werk, wat leidde tot talrijke wijzigingen in het basisproject. Twee niveaus die aanvankelijk waren gepland als gescheiden kantoren voor 2 of 4 personen werden open ruimten met vrije bureaus. Er is ook een fitnessruimte bijgebouwd, met douches.